De verguisde vrijwilliger
De vrijwilliger, pispaal van de coronagefrusteerden
Mijn aanklacht in deze is niet gericht aan die honderdduizenden mensen die genieten van het werk van de vrijwilligers, dat ook respecteren en waarderen. Want dat is de enige verloning die vrijwilligers krijgen: respect, waardering, een schouderklopje, een merci.
Maar lang niet van iedereen!
“Ik heb die mail niet gehad, neen ik heb geen zin om een helm of hesje te dragen bij het fietsen, het bestuur bakt er niks van, is dat nog een programmatie, dat eten trok echt nergens op, hiervan werd ik niet verwittigd, die bus heeft niet op mij gewacht, wat voor een bende klote-amateurs is dat bestuur wel, weten die wel waarmee ze bezig zijn, ik vraag me af hoeveel van mijn geld er wel in de kas zit,…”
En u zou zeker nog 100 opmerkingen kunnen formuleren waarmee vrijwilligers, die hun vrije tijd opofferen om een vereniging draaiende te houden, niet tot meerdere eer en glorie van zichzelf en zonder één cent vergoeding, vereerd worden door een aantal coronagefrusteerden die vinden dat ze altijd het grote gelijk aan hun kant hebben en dat ook te pas en te onpas etaleren.
Een vrijwilliger is iemand die iets doet, vooral om andere mensen te helpen, uit vrije wil en zonder gedwongen of betaald te worden. Een vrijwilliger zet zijn tijd en energie in voor het algemeen belang1. Vrijwilligerswerk is een belangrijke vorm van actief burgerschap en verdient meer erkenning, promotie en ondersteuning.
Verdient hij misprijzen en hoongelach als hij soep morst op iemand tijdens de bediening in een buurtrestaurant? Verdient hij door het slijk gehaald te worden als hij vergeet een email te sturen? Verdient hij het om “dictator” verweten te worden als hij vraagt om tijdens een fietstocht de verkeersreglementen te eerbiedigen? Moet hij door het slijk gehaald worden als hij een naam vergeet te noteren voor een groepsuitstap? En ook hier kan iedereen moeiteloos het lijstje tot in het oneindige aanvullen.
Een goeie raad aan al die azijnpissers, betweters en mensen die nog nooit vrijwilliger waren (en dat waarschijnlijk ook nooit zullen zijn): nog even verder doen, en er zijn geen vrijwilligers meer en dus ook geen provinciaal voetbal meer, geen seniorenorganisaties of mantelzorgverenigingen meer. De judoclub kan stoppen, de vissersclub wordt opgedoekt, rusthuizen, ziekenhuizen … en de stadsbesturen kunnen op zoek gaan naar duizenden nieuwe personeelsleden om de vrijwilligers in hun diensten te vervangen.
Voor je dus nog eens een vrijwilliger in de haren vliegt omdat de vereniging niet loopt zoals jij als kommaneuker, criticaster, betweter dat zelf zou willen maar nooit doet: denk eraan, je bent stevig bezig je vereniging of organisatie op te doeken.
Maar waarschijnlijk als jij, klager op de eerste rij, dit leest, denk je “wat meent die zak wel niet”. Mijn antwoord daarop: simplenweg NIKS!!!