Het Grevenhuis in Borgloon

In Borgloon heet het stadhuis het “Grevenhuis” 

Het stadhuis van Borgloon moet zowat het oudste stadhuis van Limburg zijn: gebouwd in 1680 is het bijna 350 jaar oud, en nog steeds een van de mooiste stadhuizen van het ganse Loonse graafschap. 

Als je naar binnen wil gaan, moet je langs een rondboogarcade met zes bogen. Hierin is een steen aangebracht met de titels van Robert Ernest d’Argenteau, de vroegere burggraaf van het kasteel van Loon. In de 11de eeuw stond hier reeds een gebouw in Rijn-Westfaalse stijl als oudste verblijfplaats van de Loonse graven, vandaar ook de naam “Grevenhuis” als alternatieve naam voor het stadhuis. In de middeleeuwen diende het stadhuis als vergaderplaats van de schepenbank, de gilden en de ambachten. Toen de stedelijke administratie het verliet, kwam de toeristische dienst er in 2004 terecht. 

Ongezellige burcht zonder comfort 
Oorspronkelijk woonde de graaf in zijn middeleeuwse burcht strategisch gelegen op het hoogste punt van Borgloon, maar heel lang heeft het ongezellige, ongemakkelijke en weinig comfortabele gebouw niet als woonst gediend voor de adellijke zielen. Vandaar een sjiek herenhuis in de stad, wellicht. Maar lang hebben de graven ook daar niet gewoond, want nog voor 1232 (dat is dus nog voor de Guldensporenslag) hadden ze Loon al ingeruild voor hun kasteel in Kuringen en verloor Borgloon zijn functie als hoofdstad van het graafschap. De abdij van Herkenrode werd ook de officiële begraafplaats van de Loonse graven. Waarom de Loonse graaf vertrok zou wel eens te maken kunnen hebben met de belemmering van de ontwikkeling van de stad door haar ongunstige ligging op korte afstand van steden als Sint-Truiden en Tongeren. Wellicht heeft Hasselt er zijn status als provinciehoofdplaats aan te danken. 

Het gebouw werd voor het eerst vermeld als het ’s Grevenhuis in 1358 wat erop wijst dat de graven er woonden tot hun vertrek naar Kuringen. De gevelsteen heeft het opschrift van de heer van Veulen: 

ROBERT ERNEST BARON DARGENTEAU, HERCK 
MOUMAL, VICOMTE HEREDITAIR DE LOOZ, COMTE 
DE NOVILLE, SR DE FOULOGNE STEWINKEL 
BRAIVE, CIPLET CUCHIGNY, VILE DEVANT ORVAL 
POUCHOUL HAUT VOVE DE MOCHE ET 
MOCHERON & FAICT LE 10.BRE 

Trouwzaal met middeleeuws meubilair 
De trouwzaal verwijst naar het verleden van Loon: de glasramen tonen de wapenschilden van de tien Loonse steden Borgloon, Beringen, Bilzen, Bree, Hamont, Hasselt, Herk-de-Stad, Maaseik, Peer en Stokkem. Verder vind je er glasramen met de blazoenen van het Heilig Roomse Rijk (der Duitse Natie) en het Prinsbisdom Luik dat in 1366 het graafschap Loon inlijfde. 

In het stadhuis wordt nog een 12de-eeuwse schatkist bewaard waarin de voorrechten van de stad en de gilden werden opgeborgen. Een foltertuig, een houten blok waarin handen en voeten werden vastgemaakt en dat gebruikt werd bij heksenprocessen, is een ander overblijfsel uit het vaak onfrisse verleden. In de nis op de hoek van het gebouw staat een Mariabeeld dat er geplaatst is in 1676. Dat jaar veroorzaakte de pest de dood van 167 inwoners van Loon. 

Odilia en Borgloon 
In de toren heeft de gemeente in het verleden een nieuw uurwerk doen plaatsen en de kosten hiervan bedroegen toen 1.055 frank. De plaatsing van dit uurwerk gebeurde tijdens de laatste herstellingen, doch de uurklok, die vroeger als brandklok diende, dateert uit de jaren 1514. De naam van deze klok is ODILLA en kan men afleiden uit het opschrift dat op de buitenrand van klok, in gotische letters te lezen staat. De vertaling luidt als volgt : IK BEN ODILIA NAAR DE NAAM VAN 'S KONINGS DOCHTER JORIS WAGENAAR HEEFT MIJ GEGOTEN IN DE JAREN 1514, Odilia die meteen verwijst naar het Odiliaschrijn dat vroeger in de abdij van Kolen bewaard werd en nu in de dekenale kerk van Borgloon.